Hoeken berekenen met tanges, sinus en cosinus
Op de middelbare school krijgt iedereen les in het berekenen van hoeken. Het ene niveau gaat dieper op het berekenen van hoeken in dan het andere niveau. Op Havo Niveau leer je hoeken te berekenen met de sinus, de cosinus en de tanges. In deze special staat hier meer informatie over.
In de artikelen die hier staan beschreven leer je hoeken te berekenen met de sinus, de cosinus en de tanges. Daarvoor is deze afbeelding erg belangrijk:
Hoeken berekenen
Je hebt bij het rekenen te maken met een schuine zijde, een overstaande zijde en een aanliggende zijde. Als er twee van deze zijde bekend zijn kun je de graden van de hoek uitrekenen. Hiervoor gebruik je de volgende ezelsbruggetjes:
TOA= Tanges = overstaande zijde / aanliggende zijde
SOS= Sinus = overstaande zijde / schuine zijde
CAS= Cosinus = aanliggende zijde / schuine zijde.
Het antwoord dat hieruit komt vermenigvuldig je * 100%, je hebt dan de helling van de hoek berekend in een percentage. Ook is het belangrijk dat je het aantal graden van de hoek berekend. Dit doe je door het antwoord te pakken en SHIFT COS, TAN of SIN in te toetsen.
Je kunt behalve het aantal graden van de hoek, of de helling van de hoek ook de lengte van een zijde van de driehoek berekenen. Hiervoor is het belangrijk om het aantal graden van de hoeken te weten.